Van Maanen | Hans van Maanen |
|
Geen wolf en zeven geitjesRenpaardenRenpaarden komen uit de stal van de Amsterdamse spellenverzamelaar en -ontwerper Fred Horn. Weer gaat het erom, eerder dan de tegenstander de hele ploeg aan de overkant te hebben. Het officiële veld voor Renpaarden is negen bij negen, maar het mag om de smaak te pakken te krijgen ook kleiner. Zelfs vijf bij vijf voldoet in het begin. De renpaarden staan aan het begin opgesteld in twee rijen over de volle breedte van het veld, zoals in de figuur hierboven. Het streven is de positie in te nemen die de paarden van de tegenstander aan het begin van het spel hebben. Daartoe bewegen de paarden zich voort via de paardesprong bekend van het schaakspel -- een veld orthogonaal plus een veld diagonaal, ook wel genoemd 'een recht, een schuin'. Daarbij mogen ze over andere paarden heenspringen, dus in de beginopstelling kunnen ook de paarden van de eerste rij meteen in het spel worden gebracht door over die van de tweede rij heen te springen. De renpaarden kunnen alle kanten opgaan, ze hoeven niet beslist naar voren. Ze mogen niet naar een veld waar al een paard van de eigen kleur staat, wel naar een leeg veld en ook naar een veld waar een paard van de andere partij staat. In dat laatste geval springen ze verder tot ze ten slotte een leeg veld hebben bereikt. Paarden van de tegenstander kunnen zodoende worden gebruikt om snel grote afstanden af te leggen. Hieronder komt de steen op b1 met een enkele sprong naar de overkant, doordat de tegenstander zijn paarden onzorgvuldig heeft opgesteld. Wie het eerst al zijn paarden weer in slagorde heeft, is de winnaar. Het vereist enige planning om geen kostbare zetten verloren te laten gaan met geschuif terwijl het doel in zicht is.
Terug naar inhoud |